Equatoriaal-Guinea is een klein Centraal-Afrikaans land aan de Golf van Guinee en is het kleinste Afrikaanse lid van oliekartel OPEC. Het land heeft een bijzondere geografische structuur: het bestaat uit een deel op het vasteland, Rio Muni genaamd, en diverse eilanden, waarvan Bioko en Annobón de belangrijkste zijn. Op Bioko ligt ook de hoofdstad Malabo, een stad met koloniale architectuur en een rijke geschiedenis.
De bevolking is grotendeels rooms-katholiek, wat teruggaat naar de Spaanse koloniale periode. Toch is er de laatste decennia een opvallende groei zichtbaar van pinksterkerken, die steeds meer invloed krijgen in het dagelijkse leven van veel inwoners. Tegelijkertijd blijven inheemse animistische tradities sterk aanwezig. Vooral buiten de steden geloven veel inwoners in vooroudergeesten en gebruiken zij traditionele rituelen om hen te eren.
Hoewel Equatoriaal-Guinea dankzij olie-export relatief welvarend is geworden, blijft die welvaart beperkt tot een kleine groep. Veel inwoners hebben nog steeds geen toegang tot basisvoorzieningen, waardoor er grote economische tegenstellingen bestaan. Het land is weinig bekend bij toeristen, ondanks zijn ongerepte regenwouden, vulkanische landschappen en indrukwekkende biodiversiteit, die het potentieel maken tot een bijzondere bestemming voor avontuurlijke reizigers.