Zweden
Samen met Denemarken,
Noorwegen, Finland en IJsland vormt
Zweden Scandinavië. Hiervan is Zweden het grootste land. De
buurlanden van het land zijn in het westen en noorden Noorwegen en in
het noordoosten Finland. De wateren die Zweden omringen zijn in het
zuidwesten het Kattegat, in het zuidoosten de Oostzee en in het oosten
de Botnische golf. Het land heeft 21 provincies en de hoofdstad is
Stockholm.

panorama van de historische binnenstad van Stockholm
Geschiedenis
De Zweedse historie start meer dan 2000 jaar geleden, met het
binnentrekken van de Germanen vanuit het zuiden. Met name aan de
oostkust van het land, de zuidwestkust van Finland en op de eilanden
Gotland, Oland en Aland vestigden de voorouders zich. Verschillende
Germaanse stammen woonden eeuwenlang in het huidige Zweden, de
belangrijkste stammen waren de Gauten uit Gotaland en de Svear uit
Svealand. De Saarni leefden in het noorden een teruggetrokken bestaan.
Vanuit Scandinavië vonden er allerlei plundertochten plaats vanaf de
8e eeuw. Deze werden gedaan door de Vikingen, die op zoek naar een
buit waren en hierdoor de kusten van Europa afstroopten. Ook werd er
veel handel gedreven. Kooplieden trokken vanuit Zweden naar de
rivieren van Oost-Europa waar ze handelsposten tot aan de Zwarte Zee
vestigden. Zo is het Kievse rijk gesticht. In het jaar 970 kreeg het
land voor het eerst een koning, Erik de Overwinnaar. Het Noorse
koninklijk huis Ynglinge stierf uit in 1319 waardoor de toenmalige
Zweedse koning Magnus IV Eriksson ook koning van Noorwegen werd. Hij
werd gekozen omdat hij de 2 stammen met elkaar verenigd had.
Zweden vormde in 1397 na het verval van het tijdperk van de Vikingen
en de vereniging van de Gauten met de Svear samen met Noorwegen en
Denemarken de Unie van Kalmar. Aan het begin van de 16e eeuw verliet
Zweden de unie en voerde vele jaren bijna constant oorlog met zijn
buurlanden. De Zweedse Onafhankelijkheidsoorlog slaagde uiteindelijk.
Denemarken was nog altijd met Noorwegen verenigd en kon het verlaten
van Zweden van de Unie niet aanvaarden. Samen gingen de 2 buurlanden
als Denemarken-Noorwegen verder. Denemarken verloor vervolgens zijn
macht en Zweden veroverden Skaneland van Denemarken.
Zweden kende zijn Gouden Eeuw in de 17e en 18e eeuw. Het grondgebied
werd destijds met wapengeweld uitgebreid. Zweden was toen ook wel
dubbel zo groot als nu en naast Finland omvatte het land ook delen van
het Heilige Roomse Rijk der Duitse Naties en grote delen van de
Baltische staten. In 1721 gingen deze gebieden na de Zweedse nederlaag
in de Grote Noordse Oorlog weer verloren en ging Finland over naar de
Russische tsaar in 1809.
Noorwegen werd aan Zweden overhandigd op het Congres van Wenen aan het
einde van de Napoleontische oorlogen. Dit, omdat Zweden een bijdrage
aan de overwinning op het Eerste Franse Keizerrijk had geleverd. Samen
vormden Zweden en Noorwegen 'de Verenigde Koninkrijken van Zweden en
Noorwegen'. In 1905 scheidde Noorwegen zich weer af. Zweden was in de
19e eeuw één van de armste landen in Europa, waar veel misbruik van
alcohol voorkwam. Een groot deel van de bevolking emigreerde in die
tijd naar de Verenigde Staten. Tijdens de 2e Wereldoorlog bleef Zweden
neutraal, wat zorgde voor tegenstrijdige handelingen. Het land is geen
lid van de NAVO vanwege zijn neutraliteit, en moet zijn defensie dus
zelf organiseren. Hierdoor heeft het land een aardig grote
wapenindustrie. Sinds 1995 is Zweden lid van de Europese Unie met
Karel XVI Gustaaf als koning van Zweden sinds 19 september 1973.
Economie
Vooral de dienstensector is groot in Zweden. 74 procent van de
inwoners is hier werkzaam in. In de industriesector werkt 24 procent
en 2 procent werkt in de landbouwsector.
Bevolking en cultuur
Zweden is een dunbevolkt land en heeft ongeveer 9.400.000 inwoners.
Nagenoeg 85 procent hiervan leeft in stedelijke gebieden. Tot de 2e
Wereldoorlog woonden er weinig immigranten in het land, maar dit is
sterk veranderd de afgelopen 50 jaar. In Zweden zijn vooral
vluchtelingen en gastarbeiders uit Oost-Europese landen, Finland,
Zuid-Europa, Latijns-Amerika en Vietnam te vinden. Nog steeds bestaat
zeker 90 procent van de inwoners uit Zweden. De Finnen hebben een
inbreng van 2,5 procent en de overige 7,5 procent is een mix van
verschillende nationaliteiten.
De Zweden kunnen afstandelijk overkomen, wat te maken heeft met hun
behoefte aan privacy die ze anderen ook gunnen. Het land zelf kent
weinig klassenverschillen. Alle Zweden behoren tot de middenklasse,
wordt ook wel gezegd.
Een feestdag die in Zweden wordt gevierd is de terugkeer van de lente
in de Walpurgisnacht. Dit feest vindt ieder jaar op 30 april plaats en
er worden dan overal grote vuren ontstoken. Dit is bedoeld om boze
geesten terug het bos in te jagen. Verder is er het
Midzomernachtfeest, wat op de eerste zaterdag na 20 juni wordt
gevierd. Er wordt dan gedanst en gegeten rond de meiboom.
Toerisme
Het meeste toeristische deel van Zweden is Stockholm. Dit is de hét
cultuurcentrum en tevens de hoofdstad van het land. Ook de badplaatsen
Ystad en Bastad zijn trekpleisters. Door hun milde klimaat en
subtropische plantengroei zijn de Oostzee-eilanden Gotland en Oland
ook populair. Jaarlijks brengen ongeveer 6 miljoen mensen een bezoek
aan Zweden.
Vervoer
In Denemarken ligt de Sontbrug, wat een brug en tunnel is naar Zweden.
Verder zijn er internationale veerdiensten afkomstig uit en naar
Duitsland, Polen, Denemarken, Finland en Estland. Vanaf Utrecht is het
1.072 kilometer rijden voordat je in Gothenburg bent. Wel moet je
hierbij gebruik maken van de veerverbinding Puttgarden – Rödby en
Öresundsbrug. Er zijn drie luchthavens in het land, namelijk in
Stockholm, Gothenburg en Malmö. Vanuit Schiphol duurt een vlucht naar
Stockholm ongeveer 2 uur.. |